Het menselijk skelet is opgebouwd uit beenderen. Het skelet is een set onderdelen dat het lichaam haar stevigheid geeft. De spieren hechten aan het skelet zodat wij onze ledematen kunnen laten bewegen. Op elke plaats waar zich twee botten die onderling beweegbaar zijn elke raken bevindt zich een gewricht. Het skelet is het hardste onderdeel van het menselijk lichaam en blijft na de dood meestal het best en langst bewaard. Door de kennis die wij opgedaan hebben van de anatomie is het mogelijk om aan de hand van beenderen met redelijke betrouwbaarheid te bepalen hoe de eigenaar van de beenderen er uit gezien moet hebben.
Onze botten geven niet enkel steun aan het lichaam, zij zijn daarnaast tevens een opslagplaats voor belangrijke mineralen. In sommige botten bevindt zich beenmerg. Beenmerg is een soort weke kern waar nieuwe bloedcellen aangemaakt worden.
Het menselijk lichaam bevat in totaal 206 botten. Bij de geboorte hebben we meer botten, enkele kleine botjes groeien gedurende het leven samen. Onze botten bestaan uit beenweefsel, dat is opgebouwd uit eiwitten, mineralen en botcellen. De botten bestaan uit levend weefsel en zijn dus constant aan verandering onderhevig.
Hoewel ons bewegingsapparaat zeer stevig is, kan er toch letsel optreden aan spieren en botten. Spier- en botletsel komt zelfs zeer veel voor. Op het moment dat er te sterke krachten op het bot inwerken, kan er een botbreuk ontstaan. Vrijwel iedereen doet in zijn of haar leven één of meerdere keren een botbreuk op.