De ziekte van Huntington is een zeer ernstige ziekte waarbij bepaalde zenuwcellen in de hersenen langzaam verschrompelen. De ziekte van Huntington is een zogenaamde degeneratieve ziekte, wat inhoudt dat de ziekte met de tijd steeds ernstiger wordt. De ernst van de verschijnselen van de ziekte van Huntington is afhankelijk van de mate van celverlies in de hersenen. De Amerikaanse arts George Huntington beschreef de ziekte in 1872 voor het eerst.
De ziekte van Huntington ontstaat meestal tussen het 35e en 50e levensjaar en komt slechts zelden bij kinderen voor. Wanneer de ziekte bij jongeren voor komt is deze dikwijls meteen ernstiger. De ziekte komt naar schattig bij drie tot zeven op de 100.000 mensen voor. De ziekte van Huntington is een erfelijke ziekte.
De ziekte van Huntington ontwikkelt zich traag. In de beginfase van de ziekte ervaart men verschijnselen als lichte verwardheid, verandering van persoonlijkheid en milde onwillekeurige bewegingen van het gezicht. Wanneer de ziekte vordert ontstaan ernstigere klachten als ernstige onwillekeurige bewegingen en schokken van nek, armen, romp en gezicht, psychische aftakeling, een wijdbeense, aarzelende manier van lopen en een aarzelende manier van spreken.
Op dit moment is er geen afdoende behandeling voor de ziekte van Huntington. Wel zijn er bepaalde geneesmiddelen die de ernst van de klachten enigszins kunnen verminderen. Desondanks overlijden veel patiënten op vrij jonge leeftijd aan een infectie of door euthanasie.