Het orgaantje op het verloop van lymfevaten wordt een lymfeklier of lymfeknoop genoemd. De lymfeklier bestaat uit veel witte bloedcellen, die ook wel lymfocyten worden genoemd, welke gerangschikt zijn in een kapsel.
Aanvoeren lymfevaten komen via de hilus binnen en de lymfe vloeit in de periferie in de richting van de afvoerende lymfevaten. In de lymfeklier zitten de lymfocyten in zones gerangschikt. Binnenkomende lymfe zal langs een groot aantal lymfocyten worden geleid. Deze zullen gaan reageren wanneer de lymfe vreemde stoffen of cellen bevat. Wanneer dit het geval is dan zal het immuunsysteem hierdoor geprikkeld worden.
Op het moment dat lymfocyten vreemde stoffen herkennen zullen ze worden aangezet om zich te vermenigvuldigen. Op deze manier produceert de lymfeklier dus lymfocyten om bijvoorbeeld een bepaalde ziekteverwekker te bestrijden. Zo zal een lymfeklier in de buurt van een infectie er vaak opgezwollen uitzien. Het menselijk lichaam bevat vele honderden lymfeklieren. De meeste bevinden zich vooral in de hals, onder de kaak, in de oksel en in de liezen. De naam lymfeklier is eigenlijk niet correct omdat er geen stof door het orgaantje wordt uitgescheiden zoals bij alle overige klieren in het lichaam wel het geval is.
Het lymfeklierstelsel loopt nagenoeg parallel aan het bloedvatenstelsel binnen het lichaam en zorgt niet alleen voor de afweer maar ook voor de drainage van het lichaam. Naast een ontsteking die kan op treden in een lymfeklier kan er ook kanker ontstaan in dit belangrijke gedeelte van het lichaam. De kans op uitzaaiingen is dan meestal aanzienlijk.