Een verzamelnaam voor verschillende vormen van de witte bloedcellen of leukocyten wordt leukemie genoemd. Letterlijk uit het Grieks vertaald betekent leukemie: wit bloed. In een buis met bloed van een leukemiepatiënt is namelijk vaak een witte neerslag van leukemische cellen waar te nemen. Leukemie is dus anders verwoord een verzamelnaam voor verschillende soorten bloedkankers.
Leukemie kan men in twee karakteristtieke verschijningsvormen worden onderverdeeld namelijk: acute- en chronische leukemie. Bij acute leukemie zijn de maligne cellen onrijp in tegenstelling tot chronische leukemie waarbij er juist een opeenhoping van rijpe cellen te zien is. Acute leukemie en chronische leukemie kan, afhankelijk van het celtype, weer worden onderverdeeld in een lymfatische en myeloïde vorm.
Men kan leukemie in vier hoofdvormen onderverdelen: Acute lymfatische leukemie (ALL) welke veel voorkomt bij kinderen en jong volwassenen, Acute myeloïde leukemie (AML) komt vooral voor tussen 20 en 40 jaar en boven de 60 jaar, Chronische lymfatische leukemie (CLL) die vooral bij bejaarden voorkomt en Chronische myeloïde leukemie (CML) die juist veel bij jong volwassenen zich ontwikkeld.
De vele soorten leukemie die er bestaan hebben één gemeenschappelijk kenmerk: één van de vele typen verschillende witte bloedcellen is zich op een ongecontroleerde wijze gaan vermenigvuldigen. Deze kankervorm is daardoor niet door een operatie te genezen omdat de ziekte zich al per definitie door het hele lichaam heeft verspreidt. De behandeling van deze kanker bestaat daarom van uit bestraling, chemotherapie of een combinatie hiervan met een beenmergtransplantatie of tegenwoordig ook een stamceltransplantatie. In veel gevallen kan men zo de ziekte genezen of de voortgang van de ziekte aanzienlijk weten te vertragen.