Het syndroom van Cushing is een reeks van klachten en symptomen die het gevolg zijn van een te hoog gehalte aan cortisol in het bloed. Dit wordt in medische termen ook wel hypercortisolemie genoemd. Dit is in veel gevallen het gevolg van een te veel aan inname van cortisol in de vorm van medicijnen of een te hoge cortisolproductie door de bijnieren. De ziekte werd voor het eerst beschreven door Harvey Cushing.
Cortisol is een hormoon dat onder andere ontstekingsreacties remt en hyperglykemie veroorzaakt. Hyperglykemie is een verhoging van de hoeveelheid glucose in het bloed. Het lichaam reageert hierop door insuline te produceren. Wanneer deze situatie van verhoogd cortisol en verhoogd insuline langer aanhoudt kan men last krijgen van een abnormale verdeling van het vet in het lichaam. Ook treedt er dikwijls suikerziekte (ook wel diabetes mellitus genoemd) op.
De symptomen van het syndroom van Cushing lopen zeer uiteen: een typische vetverdeling met meer vet rondom de buik terwijl de armen en benen slank zijn, gewichtstoename, een opgeblazen gezicht, dunner worden van de huid waardoor er sneller blauwe plekken ontstaan, afname van spierkracht, haren worden dunner en kwetsbaarder, vaak moeten plassen en vermoeidheid.
Het syndroom van Cushing wordt in veel gevallen veroorzaakt door een fout van de hypofyse, een gebied in de hersenen. Er wordt teveel van ACTH afgegeven, wat de aanmaak van cortisol in de bijnieren stimuleert. De bijnieren zelfs kunnen ook verontregeld zijn, en er kan zich ook een tumor buiten de hypofyse bevinden.