De urineblaas, in het Latijn ook wel vesica urinaria genoemd, is bij zoogdieren het orgaan dat de urine vanuit de nieren verzamelt en deze bewaart tot het moment van urineren. De urineblaas heeft een bolvorm en bevindt zich onder aan de buik, achter het schaambeen. De blaas kan zo’n 400 milliliter urine bevatten. Wanneer de blaas leeg is, heeft deze de grootte van een biljartbal. Bij de man ligt de prostaat onder de blaas, om de plasbuis heen. Bij de vrouw ligt de baarmoeder en de schede tussen de blaas en endeldarm in.
De urine komt de blaas is via de urineleiders, en verlaat de blaas uiteindelijk via de urinebuis. Dit verlaten van de urine van het lichaam vindt plaats wanneer de zenuwen van de blaas een bepaalde vulling waarnemen. Gemiddeld wordt er zo’n 1,5 liter urine per dag geproduceerd.
De blaas kan te kampen krijgen met een ontsteking, simpelweg blaasontsteking genoemd. Een eerste blaasontsteking ontstaat vaak vlak na geslachtsgemeenschap. Blaasontsteking staat daarom ook wel bekend als ‘honeymoon cystitis’.
Bij geslachtsgemeenschap kunnen bacteriën eenvoudig de blaas bereiken via de urinebuis (ook wel urethra genoemd). Eenmaal in de blaas kunnen de bacteriën zich gaan vermenigvuldigen. Over het algemeen is het lichaam prima in staat deze bacteriën te verwijderen, maar soms gaat het mis. Men krijgt dan te maken met klachten als frequente en hevige aandrang tot urineren, een branderig gevoel bij het urineren, een drukkend gevoel onder in de buik, bloederige urine en stinkende urine. Een urineonderzoek bij de huisarts geeft uitsluitsel over de blaasontsteking. De blaasontsteking wordt behandeld met antibiotica.